| |
| Als de kat je wang aanraakt met zijn snoet, dan: |
|
|
| Als de kat ergens aan ruikt, rekt hij zijn hals en trekt rare gezichten (flehmen). Dit betekent dat je kat: |
|
|
| Als de kat bang is, worden de pupillen: |
|
|
| Als twee bevriende katten elkaar tegenkomen, dan: |
|
|
| Katten herkennen een van de drie smaken niet. Welke? |
|
|
| Als de kat je ziet eten en hij probeert wat te stelen, denk je: |
|
|
| Je kat mag een bepaalde kamer niet in (echt verboden gebied). Als je vergeet de deur te sluiten, dan: |
|
|
| Om zijn nagels te scherpen, gebruikt de kat: |
|
|
| Katten hebben sterke spieren. Ze kunnen zonder aanloop hoger dan zichzelf springen. Ze bereiken dat in: |
|
|
| Het favoriete speelgoed is een: |
|
|
| Wat doet de kat als hij een obstakel tegenkomt? |
|
|
| Om geen last van de warmte te hebben, dan: |
|
|